Uit HLN 9 julie 2019 auteurs ADN en KV

De politie op de luchthaven van Zaventem gaat starten met technologie voor gezichtsherkenning. Dat zegt commissaris-generaal Marc De Mesmaeker in een interview met Knack. Volgens privacyjurist Matthias Dobbelaere-Welvaert is er momenteel echter geen wettelijke basis voor het invoeren van dergelijke camera’s op de luchthaven.

In het interview met Knack wijst De Mesmaeker op het nut van de vele ANPR-camera’s met nummerplaatherkenning die de voorbije jaren geplaatst zijn. “Die camera’s hebben ons al verschillende malen geholpen om misdrijven snel op te helderen, denk maar aan de moord op Julie Van Espen. Burgers beseffen dat en hebben leren leven met de aanwezigheid van die camera’s, al heeft

Toezicht

De commissaris-generaal wil daarnaast “zo snel mogelijk” op bepaalde plaatsen camera’s met gezichtsherkenning inzetten. “Ik ben net terug uit Brazilië en Colombia. Ik zag op de luchthaven van Sao Paolo dat de douane er toezicht houdt met camera’s met gezichtsherkenning. De resultaten zijn indrukwekkend. Het systeem pikt er mensen met een ‘verleden’ uit. Dan hoef je daar bij wijze van spreken niet met honderd agenten te staan om willekeurig mensen uit een rij te halen en te onderzoeken”, legt De Mesmaeker uit.

“Wij gaan die technologie straks inzetten op de luchthaven van Zaventem”, vervolgt hij. “We hebben daarover een akkoord met de exploitant van de luchthaven en de vakbonden. Een wetswijziging is daarvoor niet nodig.”

Wél wetswijziging

Vooral met die laatste uitspraak is privacyjurist Matthias Dobbelaere-Welvaert het niet eens. “De wet voorziet op dit moment niet in de mogelijkheid om camera’s met gezichtsherkenning in te zetten”, zegt hij. “De camerawet moet daarvoor minstens aangepast worden, of er moet een nieuwe wet komen.” Volgens de jurist zijn camera’s met gezichtsherkenning wel mogelijk voor commerciële doeleinden, bijvoorbeeld om passagiers te laten inchecken. Maar niet om hele massa’s in het oog te houden en te identificeren, klinkt het. De jurist wijst er ook op dat voor zo’n gezichtsherkenning een vergelijkingsdatabank nodig is. En de enige die er op dit moment is, is het rijksregister. “En die dient niet om mensen via camera’s te identificeren.”

Slimme camera’s inzetten zoals de stad Kortrijk sinds kort doet, kan dan weer wel. Dankzij een software-update kunnen de camera’s daar mensen met bepaalde kenmerken - bijvoorbeeld een rode jas, blauwe schoenen ... - sneller opsporen. Dat laat de wetgeving wél toe, aldus Dobbelaere-Welvaert, omdat je daarmee mensen niet individueel identificeert. Er zijn immers wel meer mensen met een rode jas of blauwe schoenen.

Nog niet overal

Overal camera’s met gezichtsherkenning plaatsen, lijkt commissaris-generaal De Mesmaeker dan weer een brug te ver. “Ik zou gezichtsherkenning toch niet overal gebruiken. Dat ligt in ons land nog vrij gevoelig. Het is wel degelijk een kwestie van een goed overwogen evenwicht”.

Wet van 21 maart 2007. Wet van 21 maart 2018. Gecoördineerde versie van 25 mei 2018
Hoofdstuk IV Gemeenschappelijke bepalingen. Artikel 8/1

Art. 8/1. Het gebruik van intelligente bewakingscamera's gekoppeld aan registers of bestanden van persoonsgegevens is enkel toegestaan met het oog op de automatische nummerplaatherkenning, op voorwaarde dat de verwerkingsverantwoordelijke deze registers of bestanden verwerkt met inachtneming van de regelgeving met betrekking tot de bescherming van de persoonlijke levenssfeer.